Van Shaimaa College tot Untold Asian Stories: Lotus Li verbindt antiracisme, queerness en sociale rechtvaardigheid in één gedeelde strijd.
Op een lentedag in 2024 ontmoet ik Lotus (zij/haar, queer), een jonge activiste met een indrukwekkend parcours. Met korter geknipte haar – “Ik dacht dat mijn queerness zo veel duidelijker zou zijn” – vertelt ze openhartig over haar pad naar activisme, de verschillende vormen die haar strijd aanneemt, en hoe haar verschillende identiteiten elkaar kruisen en versterken.

“Doordat racisme en etniciteit zoveel meer plaats innam, duurde het langer om plaats te maken voor mijn queerness,” vertelt ze. “Totnogtoe was het ‘ik ben Lotus, ik heb Aziatische roots, zet me in voor sociale rechtvaardigheid, en ben anti-racistisch. En dan pas queer.’”
In een tijd waarin sociale bewegingen vaak gefragmenteerd zijn in specifieke niches, pleit Lotus Li voor een geïntegreerde benadering van activisme. Als oprichter van Untold Asian Stories, deelnemer aan de Shaimaa College-bezetting, en queer activist met Aziatische roots, illustreert haar weg hoe persoonlijke ervaringen kunnen transformeren tot collectieve actie voor systemische verandering.
“Dat rechtvaardigheidsgevoel was er altijd,” vertelt Lotus. “Ik ben geadopteerd en besefte al op jonge leeftijd dat ik bepaalde vormen van systemische marginalisatie ontlopen ben dankzij mijn nabijheid tot witheid. Tegelijk herinnert mijn belichaamde ‘anders-zijn’ me voortdurend aan wat had kunnen zijn.”
Die vroege bewustwording vertaalde zich al snel in concrete acties. Op zevenjarige leeftijd besloot ze vegetariër te worden. “Op mijn veertiende probeerde ik zelfs een beurs aan te vragen voor sociale projecten in Brugge. Totaal onrealistisch natuurlijk, maar die droom om iets bij te dragen was er al heel vroeg.” Deze drang om te veranderen en te verbeteren leidde haar uiteindelijk naar de Vlaamse Jeugdraad.
In de Vlaamse Jeugdraad, waar ze als jongerenadviseur zetelde, kon Lotus haar activisme voor het eerst in een formele rol inzetten. Ze koos klimaat als haar hoofdthema, en was lid van de werkgroep VN- en EU-jeugdbeleid. Maar haar idealen reiken verder dan wat binnen het systeem mogelijk was. Deze ervaring verdiepte haar inzicht in hoe systemen werken en waar verandering nodig is. “Door mijn werk bij de Jeugdraad begon ik steeds beter te begrijpen hoe diep bepaalde problemen geworteld zijn,” reflecteert ze. “Het werd me duidelijk dat we verder moeten kijken dan alleen maar symptomen aanpakken.”
Die groeiende systemische analyse uit zich in verschillende vormen van engagement. Een daarvan is haar betrokkenheid bij de bezetting van College De Valk Leuven – symbolisch omgedoopt tot ‘Shaimaa College’ – waarvan de naam een aangrijpend verhaal draagt. De bezetting is vernoemd naar Shaimaa Alareer, de dochter van de Palestijnse dichter en professor Refaat Alareer. Refaat, die doceerde aan de Islamic University of Gaza, werd in december 2023 gedood bij een bombardement, samen met verschillende familieleden. Hij liet een aangrijpend gedicht na, getiteld ‘If I must die*’, waarin hij schrijft: “If I must die, you must live to tell my story.”
Tragisch genoeg werd vier maanden later, in april 2024, ook zijn dochter Shaimaa het slachtoffer van een Israëlische luchtaanval, samen met haar man en hun twee maanden oude zoon. Ze had kort daarvoor nog op sociale media geschreven dat ze wenste dat haar vader zijn kleinzoon had kunnen ontmoeten. “Ik had nooit gedacht dat ik je zo vroeg zou verliezen, nog voor je hem kon zien,” schreef ze aan haar vader.
“De bezetting van Shaimaa College is niet zomaar een actie, het is een symbool. Een symbool voor de strijd tegen onderdrukking, waar ook ter wereld. Het verhaal van de Alareers raakt me diep,” vertelt Lotus. “Door de bezetting naar Shaimaa te vernoemen, eren we mensen die principieel bleven, zelfs in de moeilijkste omstandigheden. Palestine changes us. We moeten hier onze systemen veranderen, want het zijn precies die systemen die hun onderdrukking daar mogelijk maken. Verschillende vormen van verzet zijn met elkaar verbonden. Het doel van onze bezetting is de samenwerking stop te zetten met Israëlische universiteiten en instellingen.”
Israëlische universiteiten zijn diep verweven met de onderdrukkende mechanismen van de Israëlische staat. “Ze spelen een centrale rol in het opleiden van experts die bijdragen aan discriminerende wetten en praktijken, evenals in de ontwikkeling van technologie en wapens die worden gebruikt bij de genocide in Palestijnse gebieden. Veel campussen zijn gebouwd op land dat van Palestijnen is afgenomen. Bovendien beperken Israëlische universiteiten de academische vrijheid door kritisch onderzoek naar de Israëlische staat en de bezetting te censureren en te onderdrukken. Palestijnse studenten en academici worden geconfronteerd met discriminatie, surveillance en geweld, terwijl hun Israëlische tegenhangers grotendeels zwijgen.”
“Door samen te werken met Israëlische instellingen, zijn Belgische universiteiten medeplichtig aan schendingen van mensenrechten, academische vrijheid en de genocide in Palestina. Ze normaliseren de bezetting, legitimeren de discriminatie van Palestijnen en ondermijnen de oproepen tot rechtvaardigheid en gelijkheid. De studenten roepen op tot een ethisch standpunt: Belgische universiteiten moeten elke samenwerking met Israëlische instellingen opschorten totdat er een einde komt aan de genocide en de systematische onderdrukking van de Palestijnse bevolking.”
“Het omdopen van ‘College De Valk’ tot ‘Shaimaa College’ werpt een licht op de koloniale erfenis en de noodzaak om de dekoloniseren. Die plaatsen zijn vanuit witte suprematie gebouwd. Het is krachtig om die namen te vervangen, om die plaatsen te claimen als universiteiten van en voor de mensen,” vult Lotus aan.
De vraag wie er geëerd wordt met standbeelden, naar wie collegezalen vernoemd worden en welke auteurs deel uitmaken van het curriculum, onthult de machtsstructuren die universiteiten doordringen. “Het streven naar een "university of the people" vereist niet alleen een kritische blik op het curriculum en het personeelsbestand, maar ook de symbolische creatie van ‘liberation zones’ – ruimtes waarin hoop ontstaat binnen deze (infra)structuren, gericht op het ontmantelen van systemen die onderdrukking in stand houden,” aldus Lotus.
“Net zoals onze economie is gefundeerd op de structurele exploitatie van het mondiale zuiden, functioneert wetenschap en academia op vergelijkbare wijze: het mondiale zuiden dient vaak als bron om kennis te onttrekken, terwijl het mondiale noorden de plek is waar kennisproductie plaatsvindt en de voordelen worden geconcentreerd. Het erkennen van deze ongelijkheden vraagt meer dan representatie binnen universiteiten; het vergt een fundamentele herziening van de structuren waarop wetenschap, kennisproductie en het academische systeem gebouwd zijn,” vertelt Lotus.
De prijs voor dit activisme wordt steeds duidelijker. Met rechtszaken en GAS-boetes probeert het systeem activisten te ontmoedigen. “De helft van onze energie gaat daar ondertussen naartoe. Dat is natuurlijk hun hele bedoeling, dat het je afleidt van de zaak waar je mee bezig bent.”
Een rode draad door Lotus' werk is het verbinden van verschillende vormen van onderdrukking en verzet. “De mechanismen achter discriminatie op basis van queerness of racisme, dat zijn uiteindelijk dezelfde. Er zijn zoveel raakvlakken tussen de strijd voor queerness en die tegen racisme met witte suprematie en kolonialisme als kern en oorzaak. Waarom kunnen we die banden niet nog sterker maken?” Die verwevenheid van onderdrukking ervaart Lotus ook in haar eigen leven. Als queer persoon met Aziatische roots wordt ze geconfronteerd met specifieke vormen van discriminatie die niet los van elkaar te zien zijn.

Als mede-oprichter van Untold Asian Stories werkt Lotus aan het zichtbaar maken van Aziatische perspectieven in België. Het collectief evolueert constant: van geschreven verhalen naar evenementen en beleidsbeïnvloeding. Een bijzonder initiatief is de 'queer Asian month', waarin de specifieke ervaringen van queer Aziaten centraal staan. “We voelden dat we een publiek hadden dat een heel specifieke ervaring heeft met én queer én Asian te zijn. Die intersecties leiden tot specifieke ervaringen en discriminaties, zoals het worstelen met de Oriental gaze in het Westen. Dit uit zich in de fetisjisering van Aziatische vrouwen, de hyperseksualisering en exotisering van Aziatische translichamen, en de deseksualisering en vernedering van Aziatische mannen.”
Ze creëert er safer spaces waar mensen hun verhalen kunnen delen en elkaar kunnen vinden. “De snelheid waarmee mensen zo kwetsbaar kunnen zijn is zo mooi. Er was ook direct superveel energie om samen dingen te creëren. Vertrekkend vanuit de noodzaak voor gemeenschapsvorming en historische documentatie van gemarginaliseerde groepen. Het is tijd dat we onze geschiedenis schrijven.”
Lotus is een strijder, een verbinder, een verhalenverteller. Haar weg is er een van voortdurende ontwikkeling, van het zoeken naar nieuwe manieren om systemen te begrijpen en te veranderen. Bijvoorbeeld via haar engagement bij KULMUN (KU Leuven Model United Nations), waar toekomstige diplomaten worden gevormd én om ze fundamenteel uit te dagen. “Je neemt deel aan simulaties en conferenties van Model United Nations, waarbij je een afgevaardigde van een land representeert. Je wordt er geconfronteerd met hoe systemen werken, hoe je die kunt veranderen en wie de mensen zijn die de toekomstige leiders van ons land gaan worden.”
“Ik pak graag alle kansen die er zijn,” zegt ze met een glimlach. Die houding bracht haar ook al bij Sea Shepherd als scheepskok, en mogelijk binnenkort bij Sea Watch voor reddingsoperaties op de Middellandse Zee.
“Werken bij Sea Shepherd was een metafoor voor hoe het in de wereld gaat. Samenwerken binnen het systeem maakt je ook afhankelijk van datzelfde systeem. De ruimte voor activisme, radicaliteit en echte verandering wordt dan ontzettend beperkt, en dat voel je in de praktijk. Sea Shepherd, ooit een onafhankelijke, radicale grassroots-aftakking van Greenpeace, is inmiddels geëvolueerd tot een grote, kapitaalkrachtige organisatie die afhankelijk is van haar sponsors. Het bevestigde voor mij het eeuwige dilemma waarin systeemveranderaars zich bevinden: werk je van binnenuit, met meer macht maar ook onvermijdelijke compromissen, of blijf je principieel roepen van buitenaf?”
“Ik ervaarde hoe noch bij Sea Shepherd, noch bij Shaimaa dat eerste echt werkt. Het zijn de Alareers, zoals zoveel Palestijnen, die ons leren over Sumud — standvastigheid — en Al-Thawabit — de onveranderlijke principes. Samen vormen ze de onverzettelijke fundamenten van het Palestijnse verzet. Hoewel ik geloof in de noodzaak van het hele spectrum aan activisme, weet ik door mijn ervaringen en sinds de genocide waar mijn rol ligt: radicaal, principieel, vanuit de marges.”
Lotus verwijst hierbij naar het essay Choosing the Margin as a Space of Radical Openness van bell hooks. Lotus’ keuze om vanuit de marges te opereren, is een bewuste afwijzing van de 'logica van het centrum', een concept dat impliciet door bell hooks wordt besproken.
De machtsstructuren van het centrum bepalen wat als 'normaal' wordt gezien en hoe anderen alleen binnen die logica mogen opereren. Deze dominante logica bepaalt niet alleen welke stemmen worden gehoord, maar ook hoe en waarom er gesproken wordt. Wanneer dominante groepen spreken over de ‘ander’ en hun verhalen hervertellen, eigenen ze zich de autoriteit toe en wordt de stem van de gemarginaliseerde persoon opnieuw tot zwijgen gebracht. Deze toe-eigening en herinterpretatie van verhalen onderdrukt de ervaringen en perspectieven van minderheidsgroepen, reduceert ze tot stereotypen en brengt ze tot zwijgen. Dit ga je tegen door ruimtes te creëren waarin mensen zelf kunnen spreken, zonder dat hun stem wordt genegeerd of overgenomen.
Het dominante centrum probeert ‘de marge’ te marginaliseren als een plek van tekort en onderdrukking, terwijl de marge juist een ruimte van verzet en transformatie en radicale creativiteit is. Het kiezen van de marge als een ruimte van radicale openheid biedt weerstand tegen hegemonische systemen, en de mogelijkheid om alternatieven te verbeelden en te creëren. Het is een moeilijke, maar noodzakelijke plek, waar nieuwe werelden kunnen worden gevormd.
Lotus' roadmap illustreert hoe persoonlijke ervaringen kunnen leiden tot systemische analyse en collectieve actie. Door verschillende vormen van activisme te combineren - van directe actie tot institutionele betrokkenheid - creëert ze een model voor effectieve sociale verandering.
'If I must die’ door Refaat Alaleer
If I must die,
you must live
to tell my story
to sell my things
to buy a piece of cloth
and some strings,
(make it white with a long tail)
so that a child, somewhere in Gaza
while looking heaven in the eye
awaiting his dad who left in a blaze—
and bid no one farewell
not even to his flesh
not even to himself—
sees the kite, my kite you made, flying up above
and thinks for a moment an angel is there
bringing back love
If I must die
let it bring hope
let it be a tale
Instagram: @lotus__li
Instagram: @untold.asian.stories
Tekst: Biem D'hondt
Foto: Marijn Achten